Een wet wordt niet zomaar bedacht door een minister of staatssecretaris. Daar gaat een uitgebreide voorbereiding en enorm lang overleg aan vooraf door verschillende groepen mensen.

Op het moment dat een minister wil dat er iets geregeld wordt, vraagt hij of zij aan de ambtenaren op het ministerie om een ‘wetsvoorstel’ voor te bereiden. Deze ambtenaren gaan met verschillende specialisten en betrokkenen in gesprek om te kijken hoe deze wetgeving het beste opgesteld kan worden. Op het moment dat de ambtenaren van het ministerie het idee hebben dat het wetsvoorstel aardig vorm heeft gekregen, gaat het wetsvoorstel naar de ministerraad.

De ministerraad, waarin alle ministers vertegenwoordigd zijn, vergadert over het algemeen iedere vrijdag. Zij bespreken het wetsvoorstel en als alles goed gaat, wordt het voorstel goedgekeurd. Het wetsvoorstel wordt op hoofdlijnen bekend gemaakt door middel van een persbericht. Als het voorstel niet wordt goedgekeurd door de ministerraad, gaat het terug naar de ambtenaren van het ministerie, die met een voorstel moeten komen dat de ministerraad wel goed kan keuren.

De ministerraad stuurt het wetsvoorstel door aan de Raad van State (RvS). Deze Raad is een vergadering van wijze mannen en vrouwen uit verschillende maatschappelijke stromingen, die officieel worden voorgezeten door de koningin. De RvS adviseert de ministers over de juridisch kant van het wetsvoorstel: gaat de voorgestelde wetgeving niet in tegen andere wetgeving? Tegengestelde wetten kunnen grote problemen opleveren, dus het is belangrijk dat er goed naar gekeken wordt. Om niet teveel discussie te krijgen is het wetsvoorstel geheim zolang het nog bekeken wordt door de Raad van State. Klopt het voorstel, dan wordt het doorgestuurd aan de koningin.

De koningin is als staatshoofd verantwoordelijk voor het doorsturen van de wetgeving naar de Tweede Kamer. Het is eigenlijk meer voor de vorm dat het eerst naar de koningin is gestuurd, zij stuurt het namelijk altijd met dezelfde boodschap door aan de Tweede Kamer. Samen met een Memorie van Toelichting, een soort gebruiksaanwijzing met daarin hoe de wet bedoeld is en het wetsvoorstel zelf, gaat het naar de Tweede Kamer. Op dat moment is het wetsvoorstel openbaar en zal ook het debat in de kranten, in de opiniebladen en op verschillende websites plaats gaan vinden.

De Tweede Kamer vergadert met vertegenwoordigers van de verschillende partijen over het wetsvoorstel in de commissie die over het onderwerp gaat. De vaste commissie voor Verkeer & Waterstaat vergadert bijvoorbeeld over het wetsvoorstel voor kilometerheffing. De minister zal in deze commissie samen met zijn ambtenaren antwoord geven op de vragen die verschillende kamerleden kunnen hebben over het wetsvoorstel. Vervolgens gaan de kamerleden terug naar hun partijen om te overleggen over wat ze ervan moeten vinden. De partijen in de Tweede Kamer mogen voorstellen doen om het wetsvoorstel aan te passen: een amendement. Over deze amendementen wordt gestemd, het instemmen met deze voorwaarden is vaak voor partijen een voorwaarde om akkoord te gaan met het volledige wetsvoorstel. Als er een meerderheid is in de Tweede Kamer, wordt het wetsvoorstel doorgestuurd naar de Eerste Kamer.

De Eerste Kamer mag geen wijzigingen voorstellen in het wetsvoorstel. De Eerste Kamer kijkt of een wet goed in elkaar zit. Daarna stemmen ze voor of tegen de wet. Als de Eerste Kamer zwaarwegende wensen heeft kan ze aan het kabinet vragen om een verandering aan de Tweede Kamer voor te leggen. Dit wordt een ‘novelle’ genoemd, hier hoeft de Tweede Kamer niet mee akkoord te gaan. Als beide Kamers akkoord zijn, is de wet bijna een feit.

De wet moet eerst nog ondertekend worden door de verantwoordelijke minister(s) en de minister van Justitie. Die laatste zet altijd zijn handtekening, omdat hij verantwoordelijk is voor de controle op de wetgeving. Naast de ministers zet ook de koningin haar handtekening. Nu hoeft de wet alleen nog maar bekend te worden gemaakt in het Staatsblad, ook wel Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden. Op de website www.officielebekendmakingen.nl worden alle nieuwe wetten bekend gemaakt. Tot 1 juli 2009 werd het Staatsblad nog op papier gepubliceerd. Sinds die datum is de eerdergenoemde website de officiële bron.

Op het moment dat een wet in het Staatsblad heeft gestaan, is de wet een feit.

Paul Smit